1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5

Waar werken ergotherapeuten?

Er zijn vier praktijkcontexten waarin ergotherapeuten werken (zie figuur 3.1).81 Vanuit individueel perspectief werken zij met de persoon en diens naasten. Vanuit sociaal-maatschappelijk perspectief werken ze met groepen, in en met een organisatie of gemeenschap. In de verschillende werkvelden richten ergotherapeuten zich op verschillende doelgroepen van mensen die niet tevreden zijn over hun mogelijkheden om mee te kunnen doen met de dagelijkse en maatschappelijke activiteiten.

De meeste ergotherapeuten werken met de cliënt en diens naasten in en vanuit instellingen in de tweedelijnsgezondheidszorg. Dit kan een ziekenhuis zijn, een revalidatiecentrum, een verpleeghuis/woonzorgcentrum of een ggz-instelling. In het ziekenhuis werken ergotherapeuten veel met mensen in een acuut stadium van hun aandoening. De ergotherapie-interventie is dan vaak gericht op de voorwaarden en basisvaardigheden die nodig zijn voor het weer kunnen uitvoeren van de dagelijkse activiteiten die mensen graag willen oppakken en kan zowel klinisch als poliklinisch worden aangeboden. Daarnaast werken ergotherapeuten in instellingen voor mensen met een verstandelijke beperking, in specialistische centra voor mensen met een visuele beperking en in activiteitencentra. Ergotherapeuten in dienst van een verpleeghuis of woonzorgcentrum werken vanuit die instelling vaak ook in de eerste lijn. Ergotherapeuten werken vanuit het individueel perspectief ook met groepen cliënten, waarbij gewerkt wordt aan individuele doelen. Het groepsproces heeft vaak een stimulerend en motiverend effect op de deelnemers.63

In 2021 werkten 62% van de ergotherapeuten in en vanuit zorgorganisaties.82 In organisaties in zorg en welzijn zijn ergotherapeuten ook werkzaam als zelfstandigheidstherapeut, cognitief trainer, jobcoach, trajectbegeleider en rehabilitatiewerker. Ook kunnen ergotherapeuten werken bij zorgverzekeraars of voor letselschadeverzekeraars.

Omdat juist de ergotherapie-specifieke competenties bij deze functies zeer goed ingezet kunnen worden, zijn het vaak ergotherapeuten die deze functies uitvoeren. Voor de profilering van het beroep is het belangrijk dat ergotherapeuten die onder een andere functiebenaming werkzaam zijn, zich ook ergotherapeut blijven noemen.

Sinds ergotherapie vergoed wordt vanuit de basisverzekering en de directe toegankelijkheid ergotherapie (DTE) is het aantal ergotherapeuten met een vrijgevestigde praktijk in de eerste lijn in Nederland gestegen naar 18% in 2021.82 Ergotherapie wordt dan geboden in de ergotherapiepraktijk of in de eigen omgeving van de cliënt, bijvoorbeeld thuis, op school of op de werkplek. Ergotherapeuten werken ook via de gemeente in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz), de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Jeugdwet. Ergotherapeuten werken in het kader van de Wmo veelal in dienst van de gemeente. Binnen al deze functies adviseren en begeleiden ergotherapeuten (groepen) mensen gericht op het weer naar wens kunnen uitvoeren van activiteiten in hun eigen omgeving.

Binnen zorgorganisaties werken ergotherapeuten niet alleen vanuit individueel, maar ook vanuit sociaal-maatschappelijk perspectief. Ergotherapie is er dan op gericht het uitvoeren van activiteiten mogelijk te maken voor een groep personen binnen de organisatie. Bijvoorbeeld in een verpleeghuis of woonzorgcentrum dragen ergotherapeuten bij aan de veiligheid van bewoners, aan het woonklimaat en geven ze adviezen over hoe bewoners mee kunnen doen met de dagelijkse gezamenlijke activiteiten, zoals het voorbereiden en eten van de gezamenlijke maaltijd.

Kinderergotherapeuten werken zowel in organisaties van regulier als speciaal onderwijs met leerkrachten samen. Daardoor kunnen ze de kennis en vaardigheden uit hun beroep optimaal overdragen in de dagelijkse praktijk op scholen.

Daarnaast werken ergotherapeuten als adviseurs bij gemeenten op beleidsniveau (organisatieniveau) of nemen ze deel aan projectgroepen van de gemeente. Sinds de zorg gedecentraliseerd is naar de gemeenten schrijven ergotherapeuten steeds vaker mee aan gemeentelijk beleid of adviseren ze erover.

Ergotherapeuten werken in de wijk samen met mensen uit de gemeenschap en de diverse organisaties die betrokken zijn. In samenspraak wordt het vraagstuk gedefinieerd dat verandering behoeft. Bij dit proces voeren de deelnemers het project uit en heeft de ergotherapeut een ondersteunende en versterkende rol.52

In de wijk zijn de (sociale) wijkteams gericht op buurtkracht en sociale samenhang. Wijkteams verbinden mensen met elkaar en stimuleren gezamenlijke activiteiten. Hierbij kunnen ergotherapeuten een adviserende rol hebben en samen met bijvoorbeeld de gemeente een programma in de wijk uitvoeren om een gezondere levensstijl te bevorderen.83

Ergotherapeuten zijn ook inzetbaar in commerciële bedrijven voor hulpmiddelen en voorzieningen, bij een Arbodienst, als docent op een opleiding ergotherapie en als onderzoeker bij een universiteit, hogeschool of onderzoeksinstituut. De competenties van ergotherapeuten sluiten goed aan bij deze functies.

‘Het levert vooral inspiratie op’

‘Een ergotherapiepraktijk heeft wijkgericht werken als speerpunt en investeert in contacten met organisaties voor thuiszorg en welzijn. De ergotherapiepraktijk biedt ook producten aan, bijvoorbeeld activiteiten bij ‘Het Geheugenpaleis’ (inloop voor mensen met geheugenproblemen). Ook verzorgt de praktijk als onderaannemer taken uit het pakket van de welzijnsorganisatie, zoals de 75+-huisbezoeken. De gemeente is blij met deze activiteiten van de ergotherapeut: ‘De producten dragen bij aan verbinding in de wijk en aan vermindering van eenzaamheid onder ouderen. Het levert ons vooral inspiratie op en meer mogelijkheden om aan te sluiten bij wat leeft in de wijk.’

‘Je laat me daadwerkelijk anders kijken’

Nadia is leerkracht in groep 3 en werkt 1 dag per week samen met de kinderergotherapeut. Nadia had aangegeven dat het vaak erg druk was in haar klas tijdens instructiemomenten. Zij weet dan niet of de kinderen de opdracht hebben begrepen. De ergotherapeut observeert de instructiemomenten en analyseert de wisselwerking tussen de klas en de leerkracht. Samen reflecteren ze daarover. Nadia zegt: ‘Je laat mij daadwerkelijk anders kijken en reflecteren op mezelf.’ De ergotherapeut heeft namelijk aangegeven hoe lastig het voor kinderen kan zijn om zich te focussen op de instructie wanneer er tegelijk veel andere dingen gebeuren, bijvoorbeeld kinderen die naar het toilet lopen. Een week later vertelt Nadia trots: ‘Kijk, we hebben nu nieuwe instructieregels in de klas, dus niet meer rondlopen. En ik heb alle posters en tekeningen op de muur achter het Smartboard weggehaald. Het is nu al rustiger. Dit is geweldig!’

‘Een duurzame oplossing’

‘Een ergotherapeut/Wmo-consulent bij de gemeente vertelt over haar betrokkenheid bij een echtpaar: ‘De man is 56 jaar en was zzp’er in de bouw. Toen kreeg hij een beroerte en werd opgenomen in het revalidatiecentrum. Vlak daarna kwam corona om de hoek kijken en besloot deze meneer om zijn revalidatie voortijdig te beëindigen. Drie maanden geleden bleek echter dat het thuis helemaal niet ging. Zijn vrouw en de mantelzorger waren ernstig overbelast. Hier heeft mijn ergotherapeutische blik echt een verschil gemaakt. Deze man had een heel stuk revalidatie gemist. Ik ben toen de verwijzende partij geweest naar een ergotherapeut die hem kon begeleiden. We hebben een combi kunnen maken tussen dagbesteding op een zorgboerderij en revalidatie, zodat hij even het huis uit was en zich kon richten op zijn zelfstandigheid. En tegelijk kon de partner dan rustig haar werk doen en werd zij minder belast.’

Deskundigheden en specialisaties

De meeste ergotherapeuten professionaliseren zich in specifieke deskundigheden. De ergotherapeut met een specifieke deskundigheid heeft werkervaring met een bepaalde doelgroep of meerdere doelgroepen. Bijvoorbeeld mensen met COPD, een psychiatrische aandoening, een verstandelijk beperking, cerebrale parese, dwarslaesie, parkinson of mensen met vragen over arbeid en leefstijl. Deze ergotherapeuten zijn hierin ook aanvullend geschoold.

Daarnaast kunnen ergotherapeuten zich na hun basisopleiding officieel specialiseren in drie richtingen:

De hand-ergotherapeut

De hand-ergotherapeut84  specialiseert zich in de assessment en de behandeling van klachten, aandoening of letsel in de arm, pols en/of hand. Dit gebeurt bijvoorbeeld door spalken te vervaardigen, functionele training te geven, te adviseren over hulpmiddelen en de dagelijkse activiteiten.

De kinder-ergotherapeut

De kinderergotherapeut85  specialiseert zich in het werken met kinderen en jongeren, met als doel hun actieve participatie te bevorderen. Bij kinderergotherapie ligt de nadruk op:

  • het systeem van het kind, zoals ouders/verzorgers, het gezin, familie, vriendjes, onderwijzers en andere betrokkenen bij het kind;
  • de ontwikkeling en het leren. Het is belangrijk dat een kinderergotherapeut, naast medische en psychosociale kennis, beschikt over opvoed- en onderwijskundige kennis en vaardigheden.

De ouderen-ergotherapeut

De ouderenergotherapeut 86  specialiseert zich in het bieden van optimale ergotherapeutische interventies aan ouderen in een kwetsbare positie. Deze doelgroep wordt steeds groter en kenmerkt zich door multimorbiditeit en complexe problematiek. In de ouderenergotherapie is veel aandacht voor het sociale netwerk en de omgeving van de oudere. Ergotherapeuten met deze specialisatie begeleiden en ondersteunen ouderen bij het verkrijgen, terugkrijgen en/of behouden van hun zelfredzaamheid en stimuleren hen om vaker een beroep te doen op mensen in hun netwerk. Doel is dat ouderen blijven participeren.

Toegankelijkheid ergotherapie

De huisarts of specialist kan de persoon met een vraag voor ergotherapie verwijzen naar een ergotherapeut. Daarnaast kan iemand ook zelf rechtstreeks naar een eerstelijns ergotherapiepraktijk gaan. Dit heet Directe Toegang Ergotherapie (DTE). De ergotherapeut doet dan eerst een DTE-screening, om te inventariseren of er een ergotherapeutische vraag is en of verwijzing naar een arts nodig is.

‘De Telehealth-technologie heeft er echt wel voor gezorgd dat contacten in de eerste lijn nu online mogelijk zijn en veel makkelijker en laagdrempeliger gelegd worden.’

Ergotherapeut in de GGZ

Rust is nu weer écht rust.’

‘Het huis poetsen, werken op de laptop of een muurtje schilderen. De artrose aan haar handen belemmerde Marijke (60) bij het uitvoeren van dit soort taken. Met een paar ogenschijnlijk eenvoudige aanpassingen en adviezen van hand-ergotherapeut Nicolette ligt zelfstandigheid echter weer binnen haar bereik. Zo wilde Marijke graag zelf blijven schoonmaken. ‘De ergotherapeut liet me een hoop doekjes en sponsjes uitproberen en zo ontwikkelde ik een nieuwe manier van schoonmaken. Daar was ik anders nooit op gekomen. Ik kan nu weer soppen zonder pijn.’

Een andere uitdaging was balans. Op dat vlak boekte Marijke de meeste winst. ‘Want ik wéét wel dat ik niet te veel op een dag moet doen, maar ik heb toch vaak iemand nodig die me vertelt op tijd te stoppen.’

Marijke is blij met wat ergotherapie haar heeft opgeleverd: ‘Ik werd mat door het zeurende gevoel in mijn handen en kon minder genieten. Nu zit ik ‘s avonds weer met een boek op de bank en val ik makkelijker in slaap. Rust is nu weer écht rust.’

‘Weer gezonde keuzes maken’

Maria kwam bij de ergotherapeut met een burn-out. Ze was vermoeid, overprikkeld en haar migraineaanvallen waren erg toegenomen. De ergotherapeut heeft Maria informatie gegeven over prikkelverwerking en het herstellen van haar energiereserves. Ze leerde om haar dagelijkse activiteiten af te wisselen met het nemen van rust om zo te herstellen. Als volgende stap hebben Maria en de ergotherapeut samen de signalen van stress en vermoeidheid in kaart gebracht. Daarmee kan Maria beter waarnemen waar haar grens ligt en deze aangeven bij anderen. Maria: ‘de ergotherapeut heeft me geholpen om weer gezonde keuzes te maken in mijn leven, onder andere ten aanzien van mijn werk en mijn activiteiten thuis. De migraine is nog aanwezig, maar is veel minder frequent.’

‘Geen steunkousen meer nodig’

‘Dhr. Jansen vraagt hulp aan de wijkverpleging bij het aantrekken van de steunkousen. Tijdens de gezamenlijke intake met de wijkverpleegkundige neemt de ergotherapeut de COPM af. Hieruit blijkt dat hij altijd zelf zijn boodschappen deed, maar dat lukt al een tijdje niet meer. Meneer zou dit graag wel weer zelf willen doen. De ergotherapeut loopt met meneer de route naar de supermarkt en kijken ze onderweg samen hoe dhr. het beste kan oversteken met zijn rollator en waar meneer even kan rusten tussendoor. Langzaam breidt meneer de loopafstand uit tot aan de supermarkt en weer terug. Het boodschappen doen wordt ook langzaam opgebouwd tot meneer een tas boodschappen mee kan nemen met zijn rollator. Inmiddels blijkt dat door het bewegen het oedeem in de benen is afgenomen. Meneer kan weer zelfstandig zijn boodschappen doen en heeft geen steunkousen of wijkverpleging meer nodig.’

Financiering ergotherapie

Ergotherapie wordt gefinancierd op verschillende manieren. Dit hangt samen met de werkplek waar de ergotherapie wordt aangeboden. In de individuele gezondheidszorg wordt ergotherapie in de volgende werkvelden gefinancierd:

  • Ergotherapie in de eerste lijn valt onder de Zorgverzekeringswet. Daarbij kan elke persoon gebruikmaken van 10 uur ergotherapie per jaar vanuit de basisverzekering. Ook is er een vergoeding voor mantelzorgers die ondersteuning wensen in de zorg voor hun naaste. Via de aanvullende zorgpakketten worden zo nodig meer uren ergotherapie vergoed.
  • Ergotherapie kan onderdeel zijn van een diagnose-behandelcombinatie (DBC) van een ziekenhuis.
  • Ergotherapie in de revalidatie valt onder de verantwoordelijkheid van medisch-specialistische revalidatiezorg (MSR), eerstelijnsverblijf (ELV) en geriatrische revalidatiezorg (GRZ).
  • Ergotherapie wordt ook geboden aan mensen die in een zorginstelling wonen of daaraan verbonden zijn. Voor deze mensen wordt de inzet van de ergotherapeut vergoed vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz). Ook financiert de Wlz het het persoonsgebonden budget (pgb) van burgers.

Ergotherapie wordt ook op andere manieren gefinancierd:

  • Via de gemeente vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).
  • Ergotherapie in de re-integratie wordt vaak gefinancierd vanuit de werkgever.
  • Ergotherapeuten die adviseren in het kader van letselschade worden gefinancierd door letselschadeverzekeraars.
  • Ergotherapie bij organisaties wordt meestal vergoed vanuit de organisatie die de ergotherapeut inhuurt.
  • Ergotherapie bij groepen of gemeenschappen wordt vaak gefinancierd op basis van subsidies of projectgelden die aangevraagd worden bij bijvoorbeeld een gemeente.
  • Ergotherapie kan ook particulier worden betaald.

‘De interventie is steeds vaker gericht op de mantelzorger. Het samenwerken met de mantelzorger is inmiddels onderdeel van ons werk. Dus daar durf ik nu ook echt tijd aan te besteden, want ik kan het op de mantelzorger declareren.

Ergotherapeut in de extramurale ouderenzorg

Naar boven